Zakgeld voor rusthuisbewoners
Versie nr.: 01
Online sinds: 13-07-2007
Laatste wijziging: 24-08-2016
Printklare versie: 201608_VF_NL_zakgeld.pdf
Deze fiche maakt deel uit van een verzameling fiches die voor iedereen toegankelijk is via de website www.ocmw-info-cpas.be.
Al deze fiches geven antwoord op belangrijke vragen over de steun en bijstand van het OCMW (Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn).
Indien u het antwoord op uw vraag niet zou vinden in één van deze fiches of indien u een zeer precieze vraag hebt over een welbepaalde steun of bijstand, aarzel dan niet van contact op te nemen met het OCMW van de gemeente waar u woont.
Onder de titel van elke fiche vindt u een kadertje met de datum van de fiche en de datum van de laatste aanpassing. Vergeet niet van deze even te bekijken zodat u zeker bent dat de fiche die u gebruikt nog niet verouderd is.
De informatie die hier wordt aangeboden is geen wettige basis om rechten te doen gelden. Daarvoor verwijzen we naar wetteksten en reglementen.
Algemeen beschouwd is het zakgeld een som geld om kleine persoonlijke kosten te betalen, zoals geschenken, kappersbezoeken, filmvoorstellingen, sigaretten,…
Deze fiche heeft enkel betrekking op het zakgeld dat door het OCMW wordt betaald aan rusthuisbewoners. Het gaat om een bijzondere bijstand die door het OCMW wordt verleend aan rusthuisbewoners die voldoen aan bepaalde voorwaarden.
Het zakgeld dat het OCMW uitkeert aan bewoners van rusthuizen of van rust- en verzorgingstehuizen, is een bijzondere bijstand die het OCMW verleent aan personen die voldoen aan bepaalde voorwaarden.
U hebt enkel en alleen recht op dit zakgeld wanneer u verblijft in een rusthuis of in een rust- en verzorgingstehuis.
Bovendien hebben enkel bewoners van rusthuizen of van rust- en verzorgingstehuizen, die niet voldoende financiële middelen hebben om alle kosten van het verblijf in de instelling te betalen, recht op het zakgeld van het OCMW.
(Zie ook “Aan welke voorwaarden moet ik voldoen om zakgeld van het OCMW te verkrijgen?”)
Het zakgeld dat door het OCMW wordt uitgekeerd, bedraagt minstens 1.119,06 euro per jaar (bedrag op 1 juni 2016).
Dit komt overeen met een minimumbedrag van 93,26 euro per maand.
Het bedrag van het zakgeld is bij de wet bepaald. Het gaat om een minimumbedrag en het OCMW mag altijd beslissen om u een hoger bedrag uit te keren.
Om het zakgeld van het OCMW te ontvangen, moeten twee voorwaarden worden vervuld.
U hebt enkel en alleen recht op het zakgeld wanneer u verblijft in een rusthuis of in een rust- en verzorgingstehuis.
Een rusthuis is een publieke of private instelling waar personen ouder dan 60 jaar op vaste basis verblijven. De instelling moet officieel erkend zijn door het Waalse, Brusselse of Vlaamse Gewest. Rusthuizen voorzien in huisvesting, collectieve diensten, hulp in het dagelijkse leven en indien nodig, verzorging.
Een rust- en verzorgingstehuis bestaat gewoonlijk uit een bepaald aantal (verzorgings)bedden in een rusthuis. Deze “bedden” worden voorbehouden voor sterk afhankelijke personen die geen acute verzorging meer nodig hebben maar voor wie extra begeleiding wordt voorzien.
U dient niet enkel te verblijven in een rusthuis, het OCMW moet eveneens tussenkomen in de betaling van de kosten van uw verblijf in de instelling.
Indien het OCMW helemaal niet tussenkomt in de betaling van de kosten van uw verblijf in het rusthuis of het rust- en verzorgingstehuis, hebt u in principe geen recht op het zakgeld van het OCMW. We zijn dan immers van mening dat u over voldoende financiële middelen beschikt om in uw eigen zakgeld te voorzien.
Ja, het is uw zakgeld, ook al wordt het uitgekeerd door het OCMW. U kan dit zakgeld dus naar eigen goeddunken besteden.
Met dit zakgeld betaalt u kleine persoonlijke kosten zoals kappersbezoeken, kleding, theater- en filmvoorstellingen of andere persoonlijke kosten.
Ja, u hebt er altijd recht op. Wanneer u echter vakantiegeld ontvangt, kan het OCMW het bedrag van dit vakantiegeld aftrekken van het zakgeld.
U moet uw aanvraag indienen bij het OCMW dat tussenkomt in de betaling van de kosten van uw verblijf in het rusthuis of het rust- en verzorgingstehuis. In principe gaat het om het OCMW van de gemeente waar u woonde voordat u naar de instelling verhuisde.
Betreffende de verlening van het zakgeld neemt het OCMW in principe geen specifieke, maar een globale beslissing. Deze beslissing heeft tegelijkertijd betrekking op de tussenkomst in de kosten van uw verblijf in het rusthuis of in het rust- en verzorgingstehuis en op de uitkering van het zakgeld.
De manier waarop het OCMW het zakgeld stort, hangt af van uw toestand. In principe stort het OCMW het bedrag op uw bankrekening. In bepaalde gevallen echter, bijvoorbeeld wanneer u handelingsonbekwaam bent, wordt het bedrag geïnd door uw voorlopige bewindvoerder die door u of door een rechter werd aangeduid om uw vermogen te beheren.
Hoe dan ook dient het OCMW u het bedrag in maandelijkse schijven te betalen.
In geval van overlijden wordt het eventuele saldo van het zakgeld ingeschreven op het actief van de erfenis.
Het OCMW kan de kosten voor maatschappelijke dienstverlening verrekenen op uw erfenis binnen de door de wet vastgelegde beperkingen.
Neen, u moet het niet noodzakelijk uitgeven. Zelfs als u het niet gebruikt, blijft het OCMW uw zakgeld storten.
Dat is niet de bedoeling. Het zakgeld van het OCMW is een bijzondere bijstand voor personen die niet veel financiële middelen hebben. Deze bijstand is een gunst voor uzelf, niet voor uw kinderen. Deze bijstand biedt u de mogelijkheid om kleine persoonlijke kosten te betalen en kan uw leven aangenamer maken.
Neen, als u zelf de kosten van uw verblijf in het rusthuis betaalt en het OCMW niet tussenkomt in de betaling van deze kosten, hebt u in principe geen recht op het zakgeld van het OCMW. In dit geval kunt u zich met behulp van uw eigen financiële middelen van wat zakgeld voorzien. (Zie ook “Aan welke voorwaarden moet ik voldoen om zakgeld van het OCMW te verkrijgen?”)
Neen, het zakgeld mag niet gebruikt worden om uw ziekenfondsbijdragen te betalen. De premie die u voor een aanvullende dekking aan uw ziekenfonds betaalt, kan daarentegen wel met het zakgeld betaald worden.
U mag het zakgeld niet gebruiken voor het wassen en strijken van niet-persoonlijk en persoonlijk wasgoed, georganiseerd door het rusthuis.
Niet-persoonlijk wasgoed is het wasgoed van het rusthuis: tafellakens, servetten, handdoeken in gemeenschappelijke toiletten, …
Neen, indien het rusthuis de elementaire toiletartikelen (zeep, shampoo, tandpasta, washandjes, handdoeken, …) ter beschikking stelt, mogen die niet met het zakgeld betaald worden.
Indien u echter een speciale shampoo of een ander niet-elementair toiletartikel wenst, moet u dit met uw zakgeld betalen.
Ja, er zijn andere kosten die u niet met uw zakgeld mag betalen, bv. het gebruik en het onderhoud van de kamer of geneesmiddelen die door een arts voorgeschreven worden.
Alles wat u niet met uw zakgeld moet betalen, werd opgenomen in de lijst onderaan deze fiche.
Als u voldoet aan alle voorwaarden, hebt ook u recht op zakgeld.
De hulpaanvraag moet worden ingediend door u of, indien u zich niet kunt verplaatsen, door iemand uit uw omgeving. In het laatste geval dient u deze persoon een geschreven document te overhandigen, dat hem of haar de toestemming verleent om de aanvraag in uw naam in te dienen.
Als u het antwoord op uw vraag niet vindt in één van de fiches op de website www.ocmw-info-cpas.be of als u nog preciezere vragen hebt over bepaalde vormen van bijstand, neem dan contact op met het OCMW van de gemeente waar u woont of het OCMW waarvan u reeds bijstand ontvangt. (Zie fiche "Adressen en openingsuren van de 19 OCMW's van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest")
U hoeft het zakgeld niet te gebruiken voor de kosten die betrekking hebben op: